fbpx

5 strategieën om emotionele uitbarstingen te stoppen, voordat ze beginnen

Alle ouders maken het wel eens mee:

Je bent aan het boodschappen doen in een volle supermarkt.
“Mama, mag ik chocola?”
“Nee schat, vandaag niet.”

Of je bent in de speeltuin en het is tijd om te gaan.
Maar je kind heeft geen zin…

Het is bedtijd en je vraagt of je kind wil gaan tandenpoetsen. Maar je kind is moe, overprikkeld en wil blijven spelen…

Je ziet het gezicht van je kind en voelt de bui al aankomen:

De heftige emotionele uitbarsting.

Je kunt je op die momenten behoorlijk hulpeloos voelen als ouder.
Maar, gelukkig kun je er wel wat aan doen 🙂

Hier zijn 5 strategieën om uitbarstingen te stoppen, voordat ze beginnen:

1. Zorg ervoor dat het Aandacht-balkje opgeladen is

Ken je het computerspel ‘The Sims?’ In dat spel heeft elk poppetje een aantal balkjes met verschillende behoeftes. Als de balkjes vol zitten (je sim is uitgerust, heeft genoeg gegeten, voelt zich schoon, etc) dan is je Sim happy en groen. Als de balkjes te ver leeglopen dan worden ze ongelukkig en boos.

Je kind heeft 2 balkjes die heel belangrijk zijn. Als die opgeladen zijn dan is het makkelijk voor je kind om happy en rustig te zijn. Als ze leeg zijn dan wordt je kind overstuur, boos of laat ‘vervelend’ gedrag zien.

Ik noem het wel vaker, maar het is gewoon erg belangrijk en handig om te weten 🙂

De eerste is het ‘aandachtsbalkje’

Een kind wat niet genoeg echte aandacht en connectie voelt, gaat daar om vragen.
Meestal niet op een fijne manier en meestal niet op een moment dat het ons goed uitkomt.
Vaak als een kind moe is of moet meewerken bijvoorbeeld.
En vaak leidt dat tot emotionele uitbarstingen.

Neem elke dag echt even de tijd voor je kind. Één op één. Het mooie is: je hoeft er alleen maar te zijn. Laat je kind zelf uitkiezen wat het met jou wil doen.

Zorg er voor dat je er ook echt helemaal bent.
Dus telefoon weg en geen boodschappenlijstjes maken in je hoofd 😉

10-15 minuten per dag is genoeg.

Hoewel het een beetje kan verschillen per kind, per leeftijd en hoe je kind zich voelt die dag. Als je kind overprikkels is of jullie hebben een beetje een botsing gehad bijvoorbeeld, dan kan het fijn zijn om wat extra oplaadtijd te hebben. 


2. Zorg ervoor dat het Autonomie-balkje opgeladen is

Autonomie is het tweede balkje wat belangrijk is. Ieder kind, elk mens, heeft de behoefte aan een zekere mate van invloed en controle over zijn of haar leven.

Als je een peuter hebt, een tiener en/of een kind met een sterke wil, dan is die behoefte nog groter.

Autonomie betekent niet dat je je kind ten alle tijden alle keuzes zelf laat maken. Dat is veel te veel verantwoordelijkheid, voelt niet veilig voor een kind en gaat waarschijnlijk erg botsen met jouw grenzen en huisregels 😉

Een kind wat te weinig positieve invloed voelt over zijn leven, gaat die behoefte proberen te voldoen op manieren die wij vaak minder fijn vinden: Negatieve invloed uitoefenen.
Tegenwerken, Nee zeggen, op je knopjes drukken, drammen en zeuren.

En vaak leidt dat tot emotionele uitbarstingen…

Laat je kind iets kiezen wat het wil doen samen met jou en volg je kind. Dan heb je de behoefte aan aandacht en aan autonomie tegelijk. We noemen het hier bonus-tijd. Het betekent dat je mijn volle aandacht hebt en dat we spelen wat jij wil.

Andere manieren om je kind invloed te geven is het zelf ‘kleine keuzes’ te laten maken afhankelijk van de leeftijd. Welke kleding aan, een keer per week kiezen wat jullie gaan eten – of zelf koken, eventueel met hulp maar onder leiding van je kind, welke route jullie naar school fietsen, welke huishoudelijke klusje je kind doet en wanneer.

Bij jonge kinderen is helemaal vrije keuzes vaak nog te lastig. Je kunt dan een aantal opties geven om uit te kiezen.

3. Bereid je kind voor met duidelijke verwachtingen

Kinderen zijn net als mannen: ze kunnen geen gedachten lezen en als je iets van ze wilt werkt het beter als je dat heel duidelijk benoemd.

(grapje, maar niet helemaal)

Voor kinderen is het fijn als ze weten wat zij kunnen verwachten. En wat jij van ze verwacht.

“We gaan zo naar een verjaardag. Daar zijn veel mensen en veel geluid. Je mag lekker op jezelf spelen of met de andere kinderen en als het even te veel is dan kun je bij mij komen en een hand op mijn been leggen.”

Het voorkomt overprikkeling en uitbarstingen niet altijd, maar het maakt het wel een stuk makkelijker voor kinderen en de kans een stuk kleiner.

Het is sowieso fijn om een signaal af te spreken wanneer je kind zich niet goed voelt. Vaak wordt het dan al lastiger voor een kind om rustig te communiceren. De ‘hand op je been leggen’ werkte altijd heel goed bij ons.

Dat kan ook op school. Sommige scholen gebruiken smileys, stoplichten of dobbelstenen met kleurtjes waarmee kinderen aan kunnen geven hoe ze zich voelen – zonder dat te hoeven benoemen. Zodat een docent dat weet en er rekening mee kan houden.


4. Denk vooruit

De omstandigheden zijn soms gewoon niet ideaal. Soms moet er iets gebeuren op een moment dat het eigenlijk niet uitkomt. Soms is je kind gewoon ‘op’.

Soms lijkt het alsof die momenten gewoon zo maar ontstaan. Maar als je weet welke activiteiten, omstandigheden of momenten lastig zijn – voor je kind of voor jou zelf – dan kan het veel schelen als je een beetje vooruit plant.

En vaak kan dat al met kleine dingen:

Als je kind snel overstuur is bij honger kun je er voor zorgen dat je altijd een gezonde snack in je tas hebt zitten.

Als je kind erg gevoelig is voor de supermarkt prikkels kun je misschien op een ander moment gaan alleen, of boodschappen voor meerdere dagen tegelijk halen.

Als je kind aan het eind van de middag sneller emotioneel is kun je die momenten misschien beter thuis plannen.

Als koken een stressvol moment voor jou is aan het einde van de dag kun je misschien in de ochtend alvast een ovenschaal of hartige taart voorbereiden.

Etc, etc…


5. Help je kind gevoelens te leren herkennen en uitbarstingen zelf aan te voelen komen

Wanneer je kind iets ouder wordt helpt het enorm als je kind zelf gevoelens en spanning leert herkennen. Als je kind doorheeft wanneer hij of zij ‘oranje’ wordt en even een pauze nodig heeft voordat het doorslaat naar ‘rood’.

Je kunt daar al jong mee beginnen door gevoelens te benoemen als je kind ze heeft:

“Zo jij bent boos!”

Als je merkt dat de spanning op begint te lopen bij je kind kun je zelf een pauze voorstellen:

“Ik voel dat ik even een rustige pauze nodig heb, hoe voel jij je?”

Het is sowieso handig om regelmatig je eigen gevoelens te delen en voorbeelden te geven hoe jij daar zelf mee omgaat.

Niet de grote of zware gevoelens natuurlijk. Maar bijvoorbeeld:

“Ik merk dat ik weinig geduld heb. Ik ga even 5 minuten lekker de tuin in opladen.”
“Ik voel irritatie, ik ga even lekker stampen op de vloer.”

Kinderen leren van ons voorbeeld.

Als je zelf alles wegstopt, hoe leert een kind dan gezonde manieren om gevoelens ruimte te geven of hoe je jezelf tot rust kan brengen?

Door deze strategieën te gebruiken kun je vooruit denken en uitbarstingen vaak voorkomen nog voordat ze beginnen. Bovendien zul je gaan merken dat deze simpele strategieën ook een positieve invloed hebben op het gedrag van je kind op andere momenten.

 

Meer ondersteuning

  • Is jouw kind erg gevoelig en snel overprikkeld?
  • Blijft spanning soms dagenlang hangen?
  • Lijken emotionele uitbarstingen soms zo maar uit het niks te komen?

Gevoelige kinderen houden vaak veel spanning vast. Drukke dagen, op school, een emotionele gebeurtenis. Die spanning komt er dan later weer uit -hopelijk. Soms op een moment dat je het helemaal niet zag aankomen. En vaak met een emotionele uitbarsting. 

Als je je kind wilt helpen om emotioneel in balans te zijn, dan is het FreeHappyKids-Programma allicht iets voor jullie.

Van heftige of lange emotionele buien naar rust en balans

Van weerstand, steeds aandacht vragen of op je knopjes drukken naar zachtheid en meer spontane lieve momentjes

Van angst, perfectionisme of onzekerheid naar zelfvertrouwen en liefde voor jezelf

Helpt je kind spanning en vervelende gevoelens structureel beter los te laten, meer te ontspannen en sneller en dieper te slapen

Laat je kind op speelse wijze ontdekken hoe gevoeligheid werkt en de belangrijke vaardigheden om met je gevoeligheid in balans te zijn, en te blijven – ook als de buitenwereld druk is of bijvoorbeeld op school.

Wil je meer rust, balans & zelfvertrouwen voor je hoogsensitieve kind?

=>> klik hier voor het FreeHappyKids-programma

 

Waarom is mijn lieve kind soms zo ontzettend boos, en wat kan ik er aan doen?

Over de 3 belangrijkste oorzaken van boosheid en heftige buien in kinderen. En de eerste stap naar rust en harmonie in je gezin.

In dit artikel deel ik mijn visie op boosheid in kinderen. Om je te helpen begrijpen waarom je anders zo lieve kind soms zo ontzettend boos kan zijn. Waarom het niet persé altijd iets slechts is en wat het allerbelangrijkste is wat je kunt doen voor een kind dat worstelt met boosheid of heftige uitbarstingen.

Vechten, vluchten of bevriezen

Mensen hebben net als dieren een overlevingsmechanisme. Als onze stress-levels te hoog worden en we voelen ons bedreigd reageren we met ‘vechten’, vluchten of bevriezen.

Vaak kennen we alle drie vormen wel: we worden expressief boos, of passief agressief uit verdediging, we lopen weg, trekken ons terug, of we zijn het even helemaal kwijt en durven niks meer te doen of zeggen.

De meeste mensen hebben een voorkeursreactie die o.a. te maken heeft met ons temperament en onze eerdere ervaringen.

Uiteindelijk leren we -hopelijk- zo met onze gevoelens om te gaan dat stress niet zo hoog oploopt dat ons overlevingsmechanisme geactiveerd wordt en we ons veilig genoeg voelen om onze gevoelens er te laten zijn, zonder dat ze ons gedrag overnemen.

Kinderen hebben dezelfde soort reacties bij te veel stress of spanning.

  • Als een kind veel temperament heeft zal het sneller geneigd zijn te ‘vechten’ als het te veel stress ervaart: expressief boos worden, schreeuwen, snauwen, brutaal doen, slaan, met dingen gooien, etc.
  • Kinderen met minder temperament, zullen in eerste instantie sneller geneigd zijn om te ‘vluchten.’ Zich terug te trekken, worden hangerig, trekkerig of om te gaan huilen.
  • En sommige kinderen ‘bevriezen.’ Misschien heb je het wel eens gezien bij je kind. Mijn zoontje doet dat wel eens. Als we een drukke ruimte inlopen met veel mensen dan staat hij soms even bevroren stil en zegt een tijdje helemaal niks meer.

Hoewel alle kinderen, alle drie reacties kunnen vertonen, zul je bij kinderen met veel temperament en een sterke wil sneller ‘problemen’ ervaren met boosheid of agressie.

Dit is voor hun de logische overlevingsreactie op te veel spanning.
Niet een bewuste keuze.

Wat handig is om hiervan te onthouden

Het belangrijkste om hieruit mee te nemen is dat als je kind eenmaal ‘rood’ is, eenmaal in vechten, vluchten of bevriezen zit, niet meer goed na kan denken en vrij weinig controle heeft over zijn of haar gedrag.

Je lieve, zachte kind is bezig met overleven en kan even niet anders.

Dat wil niet zeggen dat bijvoorbeeld fysiek geweld opeens oké is – maar je kind heeft hier nog weinig controle over en heeft daar hulp bij nodig.

Een kind dat boos is of een heftige uitbarsting heeft voelt zich niet goed

Gevoelige kinderen worden regelmatig overspoeld door prikkels, geluiden, gevoelens en emoties waar ze zich geen raad mee weten.

Vooral kinderen met veel temperament, een sterke wil en/of met ouders die zelf nog vanuit een ‘vecht’ overlevingsmechanisme reageren door hun boosheid op de kinderen te richten (schreeuwen, straffen), zijn sneller geneigd om zelf boos te worden als ze met zichzelf in de knoop zitten.

Een kind dat boos is voelt zich niet goed en kan daar nog niet op een andere manier mee omgaan.

Als je je kind in deze situatie kunt zien als onzeker, overspoeld en wanhopig op zoek naar hulp… Als je het gedrag kunt zien als onmacht en angst, dan wordt het al ietsje makkelijker om rustig te blijven. En begrijp je ook waarom straffen, time-outs, en schreeuwen de situatie nooit beter maken.

Je kind zal zich dan alleen maar meer onzeker en oncomfortabel voelen, met meer spanning. Wat vervolgens alleen maar meer ‘lastig’ gedrag oproept.

Waar boosheid, wilde buien en heftige uitbarstingen vandaan komen

Een kind dat boos is of een heftige uitbarsting heeft voelt zich dus niet goed. Dat klinkt heel logisch, maar vaak vergeten we het toch even en schieten zelf in een reactie waar we achteraf ook niet echt blij mee zijn.

Heel vaak zit er een andere emotie achter de boosheid.

Dat kan iets eenvoudigs zijn zoals honger of slaap. Soms worstelt het kind met grote gevoelens: verdriet, teleurstelling, afwijzing, schaamte, niet begrepen of gezien worden. Of met te veel spanning die het pas uit op het moment dat het zich veilig voelt. Bij jou.

Hele kleine oorzaken kunnen dan enorme uitbarstingen veroorzaken. Omdat er eindelijk ruimte is voor de overweldigende gevoelens en spanning die ergens waren blijven hangen.  Of omdat het gewoon de allerlaatste druppel is en je kind het niet meer binnen kan houden.

De 3 belangrijkste oorzaken van boosheid & uitbarstingen

Dit zijn 3 oorzaken van boosheid, wilde buien & heftige uitbarstingen in gevoelige kinderen die het meest voorkomen.

1. Te veel spanning

De wereld wordt steeds drukker met steeds meer prikkels. Op school, van schermen en geluiden overal, van verwachtingen die we van kinderen hebben… Voor kinderen die alles intens waarnemen en voelen leidt dat soms tot uitdagingen.

Sensitieve kinderen zijn gevoelig voor sfeer, drukte, geluiden of voor heftige emoties – als iemand boos is bijvoorbeeld… Ze pikken overal van alles op en kunnen dat niet altijd makkelijk weer loslaten. Vaak klappen ze dicht, ontploffen op een later moment of kunnen niet goed tot rust komen en in slaap vallen.

Veranderingen en nieuwe situaties kunnen lastig zijn. Sensitieve kinderen zijn gevoeliger voor verwachtingen van anderen omdat ze die zo goed aanvoelen en kunnen veel van zichzelf vragen.

Vervelende gevoelens komen ook veel dieper binnen. Het gevoel niet begrepen te worden, teleurstelling, schaamte, een gevoel van afwijzing – ook als dat niet zo bedoeld was.

Die dingen raken gevoelige kinderen extra hard. En als ze nog niet weten hoe ze daar mee om moeten gaan dan kunnen zulke gevoelens lang blijven hangen.

Al die uitdagingen leveren spanning op voor je gevoelige kind

Als je kind deze spanning niet genoeg los kan laten dan kan de spanning oplopen of vast blijven zitten.

Als spanning te veel oploopt wordt je kind uiteindelijk ‘rood’ en komt in de overlevingsreactie terecht ‘Vechten, vluchten of bevriezen’.

Boze of heftige uitbarstingen dus bijvoorbeeld.

Te veel spanning – te vaak oranje of rood – leidt tot allerlei vervelende problemen:

  • ‘vervelend’ gedrag, uitdagen, brutaal zijn of negatieve aandacht vragen
  • angstig of emotioneel zijn
  • onzekerheid, perfectionisme of faalangst
  • lastig in slaap vallen, ’s nachts wakker worden of heel vroeg
  • moeilijk zelf tot rust komen
  • uitdagingen in sociale situaties
  • Snel afgeleid of moeite met concentreren op school
  • tics, verstopping, hoofdpijn, buikpijn en allerlei andere lichamelijke klachten

2. Gebrek aan verbinding

Aan de veiligheid en volledige acceptatie die kinderen ervaren als ze zich even echt verbonden met je voelen.

Als ze je volle aandacht krijgen, en de ruimte die ze dan hebben om helemaal zichzelf te zijn. Als ze zich echt gezien en begrepen voelen.

We zijn vaak druk. We hebben meerdere rollen, soms meerdere kinderen, werk, huishouden, relaties, telefoons die afleiden en veel (gevoelige) mensen vinden het sowieso al lastig om met volle aandacht in het hier en nu te zijn.

Kinderen hebben een basis behoefte aan kwaliteitsaandacht en verbinding.

Vooral als ze ons soms een hele dag niet zien, naar school of opvang gaan. En vooral als we boos zijn geweest of er iets anders gebeurd is wat spannend voor ze was.

Dan moeten ze even weer opladen met echte aandacht om zich weer veilig en ontspannen te voelen. Dat heeft niks te maken met verwennen.

Echte aandacht en emotionele connectie is iets wat kinderen nodig hebben om te overleven en om emotioneel gezond op te groeien.

Je hoeft kinderen niet 24 uur per dag je volledige aandacht te geven. Maar er is een minimum hoeveelheid aandacht wat elk kind nodig heeft om zich veilig te voelen en ‘opgeladen’ te zijn.

En als ze dat niet voldoende krijgen of voelen, gaan ze er om vragen. Vaak op manieren die wij als ‘minder prettig’ ervaren.

3. Gebrek aan autonomie

Kinderen willen graag invloed hebben over hun eigen leven. Een zekere mate van controle uit kunnen oefenen. Autonomie hebben dus.

Het leven van een kind wordt voor een heel groot deel door volwassenen bepaald. Waar ze heen gaan, dat ze naar school moeten, wat ze moeten doen op school, wanneer ze naar bed moeten, etc.

Vooral kinderen met een sterke wil of veel temperament hebben een grote behoefte aan autonomie. En peuters & pubers.

Alle kinderen hebben dat, maar bij deze kinderen merk je het sneller als ze niet genoeg autonomie ervaren. Bij 2-jarigen en bij pubers is het een belangrijke ontwikkelingsfase om hun eigen invloed te ontdekken en vergroten.

“Nou dan werk ik lekker niet mee”

Als kinderen het gevoel hebben dat ze te weinig invloed hebben, gaan ze hun invloed uitoefenen op momenten waar ze dat maar kunnen.

En meestal niet op momenten dat jij er op zit te wachten:

Lekker niet eten,
lekker niet naar de WC,
lekker niet gaan slapen,
lekker niet m’n jas aantrekken,
lekker niet tandenpoetsen,
lekker niet meewerken.

Dát zijn de plekken waar je kind invloed kan uitoefenen.

Je kunt een kind niet dwingen te eten, of te slapen of z’n tanden te poetsen. Je kunt er over ‘vechten’ en dreigen en straffen of belonen… maar dat is niet de meest effectieve manier, kost veel energie en voelt niet goed.

Zorgen dat de aandacht en autonomie balkjes van je kind opgeladen zijn

Ken je het computerspel ‘The Sims?’ In dat spel heeft elk poppetje een aantal balkjes met verschillende behoeftes. Als de balkjes vol zitten (je sim is uitgerust, heeft genoeg gegeten, voelt zich schoon, etc) dan is je Sim happy en groen. Als de balkjes te ver leeglopen dan worden ze ongelukkig en boos.

Je kind heeft 2 balkjes die heel belangrijk zijn. Als die opgeladen zijn dan is het makkelijk voor je kind om happy en rustig te zijn. Als ze leeg zijn dan wordt je kind overstuur, boos of laat ‘vervelend’ gedrag zien.

Dat zijn de balkjes van aandacht en van autonomie: AA

Het belangrijkste wat je als ouder zelf kunt doen om de situatie te veranderen en om je kind te helpen is door regelmatig de aandacht en autonomie balkjes van je kind even helemaal op te laden. Dan heb je 2 van de 3 oorzaken al te pakken.

Als die balkjes vol zijn hoeft je kind niet op negatieve manieren om aandacht te vragen of invloed en controle te zoeken door niet mee te werken.

Neem elke dag echt even de tijd voor je kind. Één op één.

Het mooie is: je hoeft er alleen maar te zijn. Kinderen weten vaak precies wat ze het liefste met hun ouders doen.

Er zijn geen magische woorden om je kinderen iets extra’s mee te geven. Jouw volledige, onverdeelde aandacht en aanwezigheid is genoeg om je kind helemaal op te laden.

Heb plezier samen en lach. Bijkomend groot voordeel is dat je je er zelf vaak ook gelijk beter door voelt.

Je kunt ook voor het slapen gaan in bed, na het boekje lezen, nog even rustig samen kletsen en een aantal minuten even je volledige aandacht aan je kind geven.

10 minuten per dag special time om de balkjes op te laden

Als je het graag wilt proberen en een richtlijn zoekt is 10 minuten per dag, per kind een goed uitgangspunt. Deze tijd is dan alleen jullie speciale verbindingstijd en samen eten, naar bed brengen, etc, staan daar los van.

Maar het verschilt per kind en situatie. Als je co-ouder bent bijvoorbeeld kunt je ook een half uur doen op dagen dat je je kind ziet. Of als je kind wat ouder is, elke dag een uur in het weekend.

Het een kwestie van uitproberen wat je kind precies nodig heeft om opgeladen te zijn en wat lukt in jullie huishouden.

Laat je kind iets kiezen wat het wil doen samen met jou en volg je kind. Dan heb je de behoefte aan aandacht en aan invloed tegelijk.

We noemen het hier bonus-tijd. Het betekend dat je mijn volle aandacht hebt en dat we spelen wat jij wil.

Je kind heeft jouw onverdeelde aandacht en mag kiezen wat jullie gaan doen dus voelt ook gelijk invloed en controle

Andere manieren om je kind invloed te geven is het zelf ‘kleine keuzes’ te laten maken afhankelijk van de leeftijd.

Welke kleding het aan doet,
een keer per week kiezen wat jullie gaan eten – of zelf koken,
eventueel met hulp maar onder leiding van je kind,
welke route jullie naar school fietsen,
welke huishoudelijke klusje je kind doet en wanneer.

Te veel keuze opties kunnen overweldigend zijn voor een kind. Dus het is handig als je bij ‘kleine keuzes’ een aantal opties aanbied. Hoe jonger je kind is, hoe minder opties.

Ik geef m’n kind aandacht en opeens wordt hij/zij toch boos???

Nou kan het zijn dat je net lekker een kwartiertje helemaal met je volle aandacht met je kind gespeeld hebt en je kind vervolgens ontzettend boos wordt als je hier weer mee op wilt houden.

Het kan zijn dat je kind dan nog niet volledig is ‘opgeladen’, maar het kan ook zijn dat er nog een groot gevoel ergens onder zat wat er graag uit wou. Vooral als je hier net mee begint.

Als je kind zo boos wordt na het samen spelen kun je je misschien gaan afvragen of je het wel ‘goed’ hebt gedaan, of je kind het spelen met jouw wel waardeert en of het wel ‘zin heeft gehad?’

Absoluut wel!

Je hebt het zelfs zo goed gedaan en zo’n fijne en veilige omgeving gecreëerd voor je kind, dat eindelijk dat grote gevoel eruit komt.

Niks persoonlijks. Je kind voelt zich veilig bij jou, dat is een compliment. Soms vervelend en oncomfortabel voor ons, maar wel iets gezonds. Veel gezonder dan opkroppen.

Te veel spanning? Naar school?

Gaat je gevoelige, hoogsensitieve of temperamentvolle kind naar school dan is oplaadtijd als jullie elkaar wel zien extra belangrijk.

Maar je kind krijgt dan ook meer last van spanning, prikkels en verwachtingen op school. Net zoals bijvoorbeeld op verjaardagen, feestjes of andere drukke activiteiten.

Daardoor kan de spanning toch flink oplopen en problemen en uitdagingen opleveren voor je kind. Jullie speciale oplaadtijd is dan niet altijd genoeg voor je kind om ontspannen en happy te zijn.

Als je je kind daar praktische en effectieve tools voor wilt meegeven dan is het FreeHappyKids-programma allicht iets voor jullie.

De heldere uitleg-video’s leren je kind (en jou) om beter te begrijpen wat er allemaal gebeurd als je gevoelig bent. Kinderen herkennen zichzelf daarin en voelen zich beter begrepen en gezien.

In 8 modules met elk diverse tools, energie-oefeningen en meditaties help je je kind om helemaal tot rust te komen, spanning los te laten, om te gaan met heftige gevoelens & lastige situaties en groeit het zelfvertrouwen.

  • Minder emotionele buien of boze uitbarstingen, meer rust & harmonie
     
  • Meer echte, diepe rust & balans voor je kind, en makkelijker zelf tot rust komen (en in slaap vallen!)
     
  • Je kind helpen effectief om te gaan met vervelende gevoelens, spanning en drukte
  • ‘Vervelend’ gedrag van overprikkeling – zoals steeds aandacht vragen, aan je hangen, jengelen, of juist steeds in de weerstand schieten, uitdagen of op je knopjes drukken – stoppen

  • En een fijne sfeer in huis met (nog) meer lieve spontane momentjes

Je kunt er hier alles over lezen als je wilt:

De FreeHappyKids-Methode

Het FreeHappyKids-Programma is voor kinderen vanaf ongeveer 6 tot 12 jaar.

JUNIOR (1 t/m 5 jaar)

Voor jongere gevoelige kinderen, met heftige emotionele buien is er nu de JUNIOR-methode.

Speciaal voor gevoelige, hoogsensitieve en/of kinderen met een sterke wil t/m 5 jaar.

Met tools die je met je kind kunt doen, maar ook veel inzichten en tips voor jezelf als ouder.

Hoe je het stoplicht van je kind leert herkennen, je kind al jong kunt beginnen te leren zichzelf tot rust te brengen, een uitgebreide stap voor stap handleiding om op een bewuste en effectieve manier met boze buien om te gaan (of fysieke agressie).

Zodat je al jong een gezonde basis legt voor het omgaan met al die sterke gevoelens…

En je minder heftige buien hebt, je kind meer rust & balans voelt en je meer rust en harmonie in huis hebt.

Het FreeHappyKids JUNIOR programma (1 t/m 5 jaar)

 

Gebruik-tips: Je kind helpen de tools met plezier te gebruiken

Welkom bij het FreeHappyKids-programma. Fijn dat je er bent. Hier zijn een aantal tips om je kind te helpen de tools te gebruiken.


Elk kind is anders

Welke oefeningen en meditaties een kind leuk vindt en bij een kind past verschilt. Elk kind is anders. Het is vooral belangrijk dat je kind het leuk vindt.

Een kind wat erg jong, bewegelijk is of snel spanning vasthoudt, kan waarschijnlijk zijn of haar aandacht (nog) niet bij een lange meditatie houden.

Sommige kinderen houden van meer speelse oefeningen, andere dromen heerlijk weg bij een rustige meditatie.

Sommige kinderen vinden het super boeiend om te leren hoe hun gevoelswereld, anderen gaan liever op in de oefening met zo min mogelijk uitleg en achtergrond.
En ook kan dat voor een kind per moment verschillen.

Een kwestie van lekker uitproberen en kijken wat fijn is.

Een goede richtlijn is om de nieuwe tools van de week in ieder geval 2 of 3 keer te doen. Mocht er een tool tussen zitten die gewoon niet zo past bij jouw kind, dan is dat helemaal niet erg en mag je die daarna gewoon overslaan. Of later nog ens proberen.

Er zitten met opzet veel verschillende tools in de cursus die hetzelfde doel hebben. Zodat elk kind zelf kan gaan voelen wat fijn is en werkt voor hem of haar. Of dat juist de afwisseling fijn is.

Uiteindelijk is het veel effectiever als je kind bijvoorbeeld 3 lievelings-tools heeft die het steeds wil gebruiken, met plezier omdat het fijn is, dan als je kind geforceerd alle tools doet.


Samen is leuk

Kinderen vinden het heerlijk om iets samen met een ouder te doen. Dus het is leuk als je de oefeningen of meditaties samen doet. Het is een fijne manier om je connectie weer even op te laden. Dat helpt bijvoorbeeld met in slaap vallen. Of is fijn als je een drukke dag hebt gehad.

Je wordt er zelf ook gelijk weer helemaal rustig en opgeladen van. Of je valt samen in slaap bij een meditatie. Dat overkomt mij nog wel eens 😉

Sommige meditaties en oefeningen zijn speciaal ontwikkeld om samen te doen, als ouder en kind.  Die zijn er opgericht om even extra op te laden samen en jullie verbinding te versterken. Die komen in module 8.

Samen kun je er ook een spelletje of ontdekkingstocht van maken. Jij zoekt er eentje uit en ik zoek er eentje uit en dan gaan we samen ontdekken wat het is en hoe het voelt.


Hoe vaak / wanneer de oefeningen en meditaties doen?

Veel kinderen doen het elke dag voor het slapen gaan. Soms als ze uit school komen en even bij moeten komen. Of als ze er behoefte aan hebben.

Structuur kan prettig zijn. “Voor het slapen mag je nog 2 oefeningen uitzoeken” bijvoorbeeld. Het kan ook afhankelijk zijn van het moment. Vaak zijn kinderen meer ontspannen in vakantieweken en is de behoefte minder dan tijdens drukke weken op school.

Wanneer je kind een paar keer per week 10 minuten de tools doet dan maakt dat al een groot verschil en begin je de voordelen na een tijdje te merken.

Je kunt de oefeningen het beste doen, vooral in het begin, als je kind redelijk rustig of ‘groen’ is. (Groen is een term die we later in de cursus gebruiken voor het innerlijke stoplicht: groen = rustig, oranje = spanning, rood = BOEM. Kort samengevat 😉

Een kind wat te veel in emotie is staat vaak niet open voor watdanook. Sommige gevoelige kinderen kunnen het dan niet eens hebben als je tegen ze praat of ze aanraakt omdat dat gewoon te veel is. Dat is niet het juiste moment 🙂

Maar… als je de oefeningen regelmatig doet op een moment dat het rustig is heeft dat wel een groot positief effect:

Door de oefeningen gaan kinderen nog meer ontspannen, prikkels en spanning loslaten – zodat het er niet op een ander moment uit hoeft te komen (of knallen).

Door regelmatig de oefeningen te doen leert een kind en ook het lichaam om tot rust te komen. Om te zakken. Om los te laten. En hoe vaker je dat doet hoe makkelijker en sneller het gaat, óók als je kind wel ‘oranje’ of ‘rood’ wordt.

Een van mijn leraren zei altijd: Hoe vaker je oefent als het niet uitmaakt, hoe makkelijker het gaat als het wél uitmaakt.

Dus het beste moment om te beginnen is als je kind redelijk ‘groen’ / rustig is. 

En als er eerst nog even wat energie uit moet kun je altijd even stoeien, rennen, springen, wedstrijdje opdrukken of planken (dat vindt mijn zoontje leuk.. mijn armen zijn nog nooit zo sterk geweest 😉


Opstart hulp

Niet alle kinderen zijn in het begin direct enthousiast. Eerlijk gezegd moest ik mijn eigen zoontje bijna omkopen om het te proberen.

Sommige kinderen hebben een erg sterke wil en reageren snel met weerstand als ze zich gepusht voelen.

Hier zijn wat opstart tips daarvoor:

Doe het samen.
Kinderen vinden het altijd fijn om aandacht te krijgen en samen met jou iets te doen.

Doe het als experiment.
Niet als: ‘je moet dit doen want dit is goed voor je’ (voor die boodschap zijn kinderen vaak wat allergisch), maar meer: “He ik heb dit gevonden, het helpt met je rustig en sterk voelen. Ik wil het graag samen met jou uitproberen een paar weken en dan kijken wat we voelen.” 

Laat je kind kiezen welke tools jullie die avond doen.
Kinderen met een sterke wil hebben een grote behoefte aan autonomie. Ze zelf kleine keuzes laten maken helpt vaak. Bijvoorbeeld wil je vanavond een tool uitzoeken of een paar yoga-kaartjes doen? 

Begin Klein
Een tool of korte oefening. Of een paar Yoga-Kaartjes (mini oefeningen), die vind je bij ‘Introductie voor Ouders’ in de cursusomgeving. Het hoeft niet perfect of lang. Voor sommige kinderen duurt het even voordat ze gaan voelen en merken dat het fijn is. 

Sluit aan bij de wereld van je kind
Ik denk dat er weinig kinderen warm worden van: We doen dit want: … ‘dan kun je je beter concentreren op school’ of ‘dan kun je beter slapen en sneller in slaap vallen’ bijvoorbeeld. Zelfs ‘dan voel je je beter’ is voor sommige kinderen een vaag begrip.

Maar… Spiderman moest eerst leren om zich te focussen voordat hij kon slingeren.
In de Drakenprins (aanrader, Netflix) moet de hoofdrolspeler ook leren zijn adem te gebruiken en van binnen tot rust te komen.
Voetballers die penalties nemen doen dat beter als ze zich rustig en sterk van binnen voelen.
Je kunt makkelijker danspasjes onthouden van Tictoc als je je beter kunt concentreren en je lichaam beweegt makkelijker als je spanning los kunt laten.
Je kunt beter gamen en je reactie snelheid is sneller als je lichaam, brein en binnenwereld in balans zijn en je meer rust hebt in jezelf. 
Of onze favoriet: We doen super secret Yedi-training (Star Wars)

 

Mijn kind wil er niks van weten!

Soms komt het voor, vooral bij kinderen met een sterke wil, dat ze er in het begin niks van willen weten.

Om te beginnen zou ik de uitleg-video’s eerst laten. Wel eventueel zelf kijken voor de inzichten en om zelf woorden, voorbeelden en uitleg-manieren te hebben als je er ooit met je kind over praat. Maar voor kinderen zelf zijn de oefening het belangrijkste en hebben de meeste impact. 
 
Dus dan begin je met de tools. En/of met het kaartjes spel.
 
Je zou dat bijvoorbeeld als zoiets kunnen verwoorden:
 
“Je bent nu al zo groot geworden dat je oud genoeg bent om te leren voor je binnenwereld te zorgen. Ik heb er alle vertrouwen in dat het je gaat lukken!”
 
(Of: om voor je eigen gevoelens te zorgen.
Of: om te leren jezelf tot rust te brengen.
Wat werkt voor jou & jouw kind)
 
En dan kun je bijvoorbeeld zeggen:
 
“Jij mag 1 oefening uitzoeken die we samen doen. / Of: jij mag 5 kaartjes uitzoeken die we samen doen. En als we dat gedaan hebben dan hebben we daarna nog 10 minuten om samen iets te doen, en jij mag kiezen wat.”
 
(samen spelen, een spelletje doen, boekje lezen, in bed liggen knuffelen en kletsen, samen een youtube video kijken… wat je kind echt leuk vindt om met jou te doen en zelf mag kiezen)
 
Ook als je kind bijvoorbeeld steeds dezelfde oefening of dezelfde kaartjes wil doen….of alleen rustig luistert en niet (overal) actief met de oefening meedoet -> dat is prima. Al is het 5 minuten per dag even bewust tot rust komen en naar binnen focussen: dat maakt al een verschil!
 
Hou het licht en speels en gebruik aanmoediging nadat jullie de oefening of kaartjes gedaan hebben:
 
“Wat fijn dat je zo goed voor jezelf leert zorgen!”
Of: “Wat knap dat je je lichaam rustig kon maken!”
 
(Meer over aanmoediging gebruiken voor de innerlijke motivatie van je kind, kun je hier lezen)
 
Ik krijg regelmatig mailtjes van moeder waarvan kinderen er in het begin niks van wilden weten, en na een paar weken klikt het opeens en gaan kinderen er zelf om vragen.
Dus er is hoop 🙂 

 

En nog een paar tips om achter de hand te hebben:

“Je mag ook alleen luisteren”
Als je kind de tools een keer niet wil doen is het natuurlijk sowieso niet erg om een keer over te slaan. Dwingen helpt nooit. Maar wat anders nog kan helpen is zeggen ‘Je mag ook alleen luisteren” en dan samen de tool luisteren op bed. De grap is dat kinderen onbewust toch wel een beetje mee gaan doen en veel dingen meekrijgen.

Zorg dat je kind voldoende autonomie ervaart
Dit lijkt er misschien niks mee te maken te hebben, maar autonomie – het gevoel van invloed en controle over je eigen leven is een van de belangrijkste emotionele behoeftes van kinderen.
Helemaal van kinderen met veel temperament en/of een sterke eigen wil.

Een kind wat niet genoeg autonomie ervaart gaat tegenwerken – zijn invloed uitoefenen door lekker niet mee te werken. ‘Ik doe lekker niet mn jas aan, ik ga lekker niet eten, ik ruim lekker niet mn kamer op.’ Dat is een manier waarop kinderen invloed en controle voelen.

Kinderen die genoeg autonomie; genoeg controle, invloed, vrijheid, ervaren, werken veel makkelijker mee uit zichzelf en gaan niet steeds in de ankers als je iets van ze vraagt. Die hoeven niet in de weerstand te schieten als jij voorstelt wat oefeningen te doen voor het slapen gaan.

Dus is het handiger om op andere momenten, die acceptabel zijn voor jou, je kind invloed te geven. Dat kan bijvoorbeeld door je kind zelf ‘kleine keuzes’ te laten maken.

Je kind laten kiezen wat jullie gaan spelen,
je kind laten kiezen 1x per week wat jullie eten (of zelf koken, al dan niet met hulp),
je kind de route naar school laten kiezen,
je kind zelf kleding uit laten kiezen,
je kind laten kiezen welke klusjes het in huis doet op welke dag,
je kind zelf laten meedenken over oplossingen
…dat zijn zo maar wat voorbeelden ter inspiratie.

En je kunt prima zelf voorwaarden stellen om het voor jou acceptabel te houden.
Jij mag kiezen wat we eten, als er maar iets van groente in zit.
Jij mag kiezen welk klusje in huis en wanneer, als het maar elke week / dag gebeurd.

Het gaat er absoluut niet om dat je je kind overal zijn of haar zin in geeft of alles laat bepalen. Het gaat erom dat je op momenten dat het voor jou prima acceptabel is, je kind ruimte geeft om ook een beetje invloed te hebben op zijn of haar eigen leven. Dan gaat meewerken op andere momenten een stuk makkelijker.

Hoogsensitief kind, gevoelige mama? Zo wordt het makkelijker!

  • Neem je vaak gevoelens over van je kind en anderen om je heen?
  • Raak je snel vermoeid of overprikkeld als je kind overstuur is?
  • Heb je moeite om je grenzen aan te geven, of luistert je kind er soms gewoon niet naar?
  • Ben je best wel intuïtief, maar geneigd om te twijfelen aan jezelf?

Je bent niet alleen!

Het zijn kenmerken die horen bij extra sensitieve of gevoelige ouders. ‘Hoogsensitief’ zoals het vaak genoemd wordt.

Sensitieve ouders

Steeds meer mensen weten gelukkig wat (hoog)sensitiviteit is. Sensitiviteit komt met veel voordelen.

  • We zijn doorgaans iets intuïtiever,
  • meer ‘in touch’ met onszelf en ons gevoel,
  • empathisch, hebben een goed inlevingsvermogen,
  • een sterk gevoel voor rechtvaardigheid
  • en zijn vaak creatiever.

Om maar wat te noemen. Handige eigenschappen in een ouder.

Maar, er horen dus ook uitdagingen bij die sensitiviteit.

Veel sensitieve ouders hebben last van gevoelens die ze overnemen van hun kinderen of van anderen, zijn sneller overprikkeld bij drukte of heftige emoties, en zorgen vaak wel heel goed voor het gezin, maar iets minder goed voor zichzelf.

Wat veel mensen niet weten is dat dit voortkomt uit hoe je met je energieveld omgaat. Dat dit energetische patronen zijn die vaak en veel voorkomen bij hoogsensitieve personen, maar dat het niet altijd zo hoeft te zijn of zo hoeft te blijven.


Een fluffy wolkje

Veel mensen die erg sensitief zijn hebben een energieveld wat voor mij het meest lijkt op een wolkje. Het wolkje is erg open en flexibel, het kan ontzettend ver stretchen (en zo overal gevoelens oppikken) of zich helemaal terugtrekken en leeg zijn (zodat alles binnenstroomt).

Een energieveld als een fluffy wolkje

 

Het wolkje is ongeaard, niet gegrond, of niet geankerd en kan makkelijk meegesleurd worden door de omgeving. En het heeft niet echt duidelijke, gedefinieerde grenzen maar is een beetje ‘fluffy’.

-> Daardoor is het moeilijk om te voelen waar jij ophoudt en de ander begint, waar grenzen zijn dus en welk gevoel nou precies van jou is, of van je kind.

Daardoor is het ook lastig om te voelen wie je nou eigenlijk echt bent en wat jij zelf wilt

  • Voor je kinderen is het hierdoor soms ook lastig te voelen is waar je grenzen zijn, en ze kunnen daar onrustig of ‘vervelend’ van worden, of je poging tot grenzen rustig aangeven compleet negeren. (Als jij je grens zelf al niet voelt, houden anderen er meestal ook geen rekening mee.)
  • We zijn door het wolkje ook sneller geneigd met anderen mee te gaan, omdat het moeilijk is om het verschil te voelen tussen je eigen mening en die van een ander.
  • Doordat je wolkje veel binnenlaat, voel je gevoelens van anderen alsof ze van jezelf zijn – daardoor vermijd je liever heftige emoties zoals boosheid, vermijd je conflicten of voel je je snel schuldig als iemand anders zich niet blij voelt.
  • In je wolkje is het soms lastig om je eigen (blije of rustige) gevoelens vast te houden omdat je makkelijk leegloopt of overspoeld wordt door gevoelens en energie die van buiten komen.
  • Doordat de energie van je wolkje overal aan het in-tunen is, kun je je erg versnipperd voelen, snel verward of overspoeld voelen en soms moeite hebben om je intuïtie duidelijk en helder te voelen.

In de ‘gewone wereld’ kunnen dit soort dingen al lastig genoeg zijn…

…maar daar kun je je soms nog even helemaal uit terugtrekken. Met kinderen is dat een ander verhaal. Die zijn er nou eenmaal altijd, of in ieder geval heel vaak, en een enkele ticket naar Hawaii boeken is meestal niet echt een optie.

Maar er is gelukkig een oplossing.

Ik heb zelf lang geworsteld met mijn sensitiviteit en alle mogelijke alternatieven geprobeerd om o.a. meer energie te hebben en minder snel overprikkeld te zijn. Alles werkte wel, eventjes, een beetje, maar het was nooit blijvend of echt een enorme verbetering.

Tot ik leerde hoe een energieveld werkt, en om anders met mijn energie om te gaan.

Ik was echt een stereotype wolkje: Helemaal open, nauwelijks grenzen, alles kwam binnen, snel overprikkeld, etc.

In je eigen bubbel

Ik ontdekte dat ik er wel degelijk zelf iets aan kon doen, wat echt effect had. Ik leerde dat je in plaats van in een wolkje, in een eigen bubbel kunt leven.

Zo’n energetisch ei om jezelf heen visualiseren of grenzen maken in je energieveld had ik allemaal wel eens geprobeerd. Maar dat werkt niet als je niet je energetische patroontjes veranderd. Als ik met mijn energie overal ben, en onbewust overal deurtjes openlaat, dan kan ik tot in de eeuwigheid visualiseren en mediteren, maar dan blijft alles binnenkomen en blijf ik alles voelen.

Als je in je eigen bubbel bent, dan houd je al je eigen energie in je bubbel. Je bent niet afgesloten of hard aan de buitenkant, maar je straalt je eigen energie uit en daar blijf je in. Je kunt nog steeds zien wat anderen voelen, en daar compassie voor voelen, maar je hoeft het niet over te nemen. Er kan chaos om je heen zijn, of een schreeuwende peuter, zonder dat je er door mee gesleurd wordt.

Energieveld als een eigen bubbel


Voor mij voelt het als:
vroeger voelde ik alles – of ik dat nou wilde of niet.
Nu zie ik alles (en vaak nog veel helderder juist) – maar ik hoef het niet meer over te nemen en zelf ook te voelen als ik dat niet wil.

Vroeger werd hoe ik me voelde vaak bepaald door mijn omgeving. In een blije omgeving kon ik makkelijk blij zijn, in een vervelende situatie, voelde ik me zelf ook snel minder goed.

Nu bepaal ik voor een heel groot deel zelf hoe ik me voel, in mijn bubbel, en in plaats van dat mijn omgeving mijn gevoel verandert, merk ik dat ik met mijn gevoel en rust, juist vaak mijn omgeving verander. Ook terwijl ik daar meestal helemaal niet bewust mee bezig ben.


Meelijden of compassie

Er is een goede metafoor die dit ook beschrijft. Het gaat ongeveer zo:

Stel je beste vriendin ligt in de sloot en ze komt er niet uit. Onmiddellijk spring jij er bij in. Maar dan kom je er zelf ook niet meer uit en voordat je het weet ben je net zo nat, koud en bijna verdronken als je vriendin.

Of:

Je beste vriendin ligt in de sloot. Je blijft zelf aan de kant staan en zoekt naar een grote tak. Je hangt de tak in het water en zo kan je vriendin zich uit het water trekken.

In de eerste situatie ben je een wolkje, wat meegesleurd wordt in de vervelende situatie (daar zelf voor kiest) en vervolgens voel je al snel dezelfde vervelende gevoelens (nat, koud en bijna verdronken in dit geval).

We noemen dat ook wel medelijden, of meelijden

 

Vaak is de intentie erg lief maar als we zelf ook in het water springen, zijn we niet meer in een positie waarin we de ander echt kunnen helpen, we zitten nu immers zelf in dezelfde situatie en voelen dezelfde gevoelens.

Veel hoogsensitieve personen zijn geneigd om direct erbij te springen in het water. We gaan gelijk meevoelen met onze kinderen of andere mensen in ons leven. Dat is lief, en leuk en gezellig soms – als het water niet te koud is, en soms is het fijn om te weten dat je niet alleen in het water ligt, maar uiteindelijk is het wel erg vermoeiend, en het helpt niet echt de situatie te veranderen.

In het tweede voorbeeld blijf je op de kant staan. Je blijft in je eigen bubbel. Je zorgt ervoor dat jij in veiligheid blijft, dat jij je zelf goed blijft voelen. En vanuit die positie kun je de ander wel echt helpen.

Met jouw tak kan de ander uit het water klimmen. Of, met jouw rust en fijne gevoelens die jij uitstraalt in jouw bubbel, kan de ander ook weer makkelijker zich goed gaan voelen.

Dat noemen we ook wel compassie.

 

Je ziet de situatie waar de ander inzit en begrijpt hoe lastig het voor die persoon – of je kind – is. Je geeft die persoon ruimte om zelf zijn gevoelens te ervaren en helpt door een alternatief te bieden waar die ander voor kan kiezen als hij of zij daar aan toe is.

Vooral bij kinderen werkt dit bijzonder goed. Die zijn nog ontzettend open voor onze energie en als wij een bubbel van rust en liefde om ons heen hebben kunnen ze zich veel makkelijker zelf ook weer rustig en veilig voelen.

Als je in je eigen energie, in je eigen bubbel blijft, voel je wat JIJ voelt, je weet makkelijker wat je wilt, waar je grenzen zijn en raakt niet meer in de war van de mening van anderen.

Je kunt makkelijker bij jezelf blijven. Je intuïtie wordt sterker, je wordt helderder en je straalt een duidelijkheid en rust uit die mensen opmerken en kinderen voelen.

Het is niet dat je door je bubbel geen contact meer kunt maken met anderen, in mijn ervaring is het juist een veel dieper en echter contact geworden, omdat er geen afleidende gevoelens en energieën meer in de weg zitten.


Het is het beste wat ik ooit geleerd heb.

Voor mezelf en mijn plezier in het leven, en voor mijn zoontje. Het is vele malen makkelijker voor mij om rustig te blijven en het is zeer zeer zelden nog dat ik mijn geduld verlies met hem.

Ik voel me energieker, kan met minder slaap en me dan toch meer uitgerust voelen. Als hij overstuur is, word ik er niet meer gek of overspoeld van, maar triggert het me bijna automatisch om me juist rustiger te gaan voelen, omdat ik dat zo vaak geoefend heb voordat het een gewoonte werd.

“Stel je voor dat je een meer bent… de oppervlakte van het meer verandert door het weer, wind, regen, etc. Maar het diepe deel van het meer blijft altijd ongestoord. Het diepe deel van het meer is je innerlijke staat, onafhankelijk van externe gebeurtenissen” – Eckart Tolle

Met een fluffy wolkje is het alsof je leeft aan de oppervlakte van het meer, en dat het oppervlakte alles is wat je ervaart. Je gevoel verandert snel, je wordt makkelijk meegesleurd door externe omstandigheden, etc.

Met een eigen bubbel ontdek je het diepe deel van jezelf, je centrum, waar er altijd rust is. Dat betekent niet dat je aan de oppervlakte niets meer voelt.

Het betekent dat er altijd een centrum van rust in je is – wat er om je heen ook gebeurd en wat je daar verder ook naast voelt.

Het klinkt misschien vrij simpel, zoals ik het hier even kort beschreven heb.

En enerzijds is dat het ook – de theorie en technieken zijn vrij simpel.
Maar, het is niet altijd makkelijk, er zijn jaren van oude patroontjes die je loslaat, en dat is een proces wat tijd en oefening nodig heeft.

Het is wel absoluut de moeite waard en uiteindelijk wordt het zo’n gewoonte dat je er bijna niet meer bewust over na hoeft te denken.

Wil jij ook graag een sterke ‘eigen bubbel’ ?

Dan is de Free Happy Parent – Balans cursus allicht iets voor jou.
Je leert in 3 stappen hoe je van je fluffy wolkje een bubbel maakt.

Zodat je innerlijke rust, balans & harmonie gaat voelen in je dagelijks leven en makkelijk bij jezelf kunt blijven – ook als het om je heen druk & chaotisch is.

Je kunt er hier alles over lezen.


Heb je een gevoelig of hoogsensitief kind die je graag zou willen helpen met een ‘eigen bubbel?’

Stel je voor dat je gevoelige kind nu al de vaardigheden leert om op een gezonde en effectieve manier met gevoelens en energie om te gaan.

Speciaal voor gevoelige, hoogsensitieve en nieuwetijdskinderen heb ik een programma gemaakt hiervoor: De “FreeHappyKids-methode”

Daarin leert je kind op een leuke en speelse manier o.a. effectieve tools voor zijn of haar eigen energie management.

Het helpt je kind spanning en vervelende gevoelens structureel beter los te laten, meer te ontspannen en sneller en dieper te slapen

Laat je kind op speelse wijze ontdekken hoe gevoeligheid werkt en de belangrijke vaardigheden om met je gevoeligheid in balans te zijn, en te blijven – ook als de buitenwereld druk is of bijvoorbeeld op school.

In 10 minuten per dag leert je kind nieuwe gewoontes die na een tijdje een automatisme worden. Zodat je kind opgroeit met een sterke eigen bubbel.

Als je jouw kind graag wilt ondersteunen om op een gezonde en effectieve manier om te gaan met gevoeligheid:

>>De FreeHappyKids-Methode